In de vroege ochtend van maandag 6 februari heeft een verwoestende aardbeving het Midden-Oosten op zijn grondvesten doen schudden. De beving met een kracht van 7,8 op de schaal van Richter, met het epicentrum net ten westen van Gaziantep in het oosten van Turkije, was de sterkste die het land in de moderne tijd heeft getroffen. Ze had een kracht van 130 atoombommen en werd tot in Groenland gevoeld.
[Source]
De eerste aardbeving en de 145 naschokken hebben vernietigingen aangericht in het zuidoosten van Turkije en het noordwesten van Syrië, waarbij ten minste 33.000 (cijfers 12/2/2023) mensen om het leven zijn gekomen en dat cijfers blijft stijgend. Daarbovenop zijn tienduizenden mensen gewond geraakt.
Zoals altijd bij dergelijke tragedies had de directe oorzaak misschien een natuurlijke oorsprong, maar het niveau van dood en lijden is van menselijke makelij. Winstbejag, corruptie en een imperialistische oorlog hebben ervoor gezorgd dat een lang verwachte seismische gebeurtenis uitmondde in een ongeziene ramp. De arbeidersklasse moet cynische oproepen tot zogenaamde "nationale eenheid" verwerpen en in plaats daarvan de echte schuldigen met de vinger wijzen en zich organiseren om een einde te maken aan hun moorddadige wanbeleid.
« We hebben geen hoop meer. »
De aardbeving kwam voor zowel Turkije als Syrië op een moeilijk moment. Turkije heeft te kampen met een torenhoge inflatie, een ineenstorting van de levensstandaard en toenemende aanvallen op de democratische rechten door het Erdoğanregime. Ondertussen bloedt Syrië nog steeds uit de duizend wonden van de burgeroorlog, die door het imperialisme is aangewakkerd.
Maandag werden de sociale media overspoeld door apocalyptische beelden van mensen die hun huizen ontvluchtten en renden voor hun leven, terwijl de fundamenten van de gebouwen rondom hen knapten als luciferhoutjes. Uit Turkije zijn beelden opgedoken van flatgebouwen van zes verdiepingen in de provincie Şanlıurfa, Malatyam, Iskenderun en talloze andere steden die in een oogwenk imploderen en een onbekend aantal levens eisen.
Honderdduizenden mensen zijn plotseling dakloos geworden, in ijskoude omstandigheden, wanhopig op zoek naar verloren vrienden en familieleden. Een man in Elbistan, een stad in de buurt van het epicentrum, plaatste een video van stapels puin en riep:
"Dit was onze hoofdstraat. We zijn zonder hoop."
Een aantal onvervangbare culturele locaties werden ook vernietigd of beschadigd, waaronder het historische kasteel van Gaziantep.
Het noordwesten van Syrië, waar honderdduizenden intern ontheemde vluchtelingen wonen, heeft het zwaarst geleden onder de beving in dat land. Hele dorpen hebben gewoonweg opgehouden te bestaan, waaronder Basina in de provincie Idlib, dat op luchtfoto's nu niets anders is dan een hoop puin.
Er zijn tientallen hartverscheurende video's van mensen die dode vaders, moeders, broers en zussen en kleine kinderen wiegen, of die opgeroepen worden door geliefden die in het puin stikken. Een van die video's toont een getroffen man die zijn zoontje probeert te kalmeren en hem aanmoedigt de Shahada op te zeggen: een islamitische eed die vaak wordt afgelegd door mensen die de dood naderen.
In Aleppo zijn duizenden slachtoffers gevallen in een stad die al verscheurd was door jarenlange oorlog. Hele wijken lagen al voor maandag in puin, en veel van de beschadigde en vervallen infrastructuur die nog overeind stond, is door de beving gewoon platgewalst, inclusief essentiële gebouwen zoals ziekenhuizen.
Overlevenden zitten zonder water of elektriciteit, terwijl officiële en civiele noodhulpteams tegen koud weer en hevige regen strijden om mensen uit hun verwoeste huizen te halen. De schade van de burgeroorlog en de aanhoudende gevechten tussen de regering en rebellengroepen maken het alleen maar moeilijker om hulp naar de slachtoffers te sturen, vooral in de door de rebellen gecontroleerde gebieden in het noordwesten van Syrië, die door de schade aan de wegen niet meer vanuit Turkije te bereiken zijn, en die de Syrische regering vanuit het zuiden niet wil laten bereiken.
Geen toeval
De omvang van de door de aardbeving veroorzaakte verwoesting wordt niet alleen verklaard door de ongewone omvang ervan. Uiteraard heeft het bloedbad van de burgeroorlog Syrië bijzonder kwetsbaar gemaakt. Maar in het geval van Turkije ligt een groot deel van de schuld bij het regime en woekerende particuliere bouwbedrijven, die samenspanden met een ramp die op zich liet wachten.
Deze aardbeving was te verwachten. Turkije ligt tussen de noordelijke en oostelijke Anatolische breuken en is zeer gevoelig voor seismische activiteit.
"Alle verstandige aardwetenschappers, inclusief ikzelf, zeiden dat deze aardbeving jaren geleden met bellen werd aangekondigd," zei de Turkse geoloog Naci Görür in een live interview op de Amerikaanse televisie. "Niemand wilde luisteren naar wat we te zeggen hadden."
Het land is in de loop der jaren getroffen door een aantal verwoestende bevingen, waaronder één in 1999 met een epicentrum nabij Izmit in de provincie Kocaeli, waarbij ongeveer 18.000 mensen omkwamen. Die specifieke ramp vestigde de aandacht op de wijdverspreide praktijk van aannemers om de veiligheidsvoorschriften te negeren wat leidde tot een golf van publieke woede die de regering ertoe dwong arrestaties uit te voeren.
Een van die gangsters, Veli Gocer, werd na drie weken onderduiken gearresteerd, na telefonische interviews waarin hij toegaf kostenbesparende maatregelen te nemen zoals het mengen van zeezand en beton.
"Ik ben geen bouwvakker, ik ben een dichter," zei hij in een van deze interviews. "Als ik schuldig ben zal ik ervoor boeten, maar ik voel me niet schuldig. Het spijt me, maar ik ben niet verantwoordelijk voor die doden."
Deze parasiet was er slechts één van een heel nest, dat een enorm systeem van corruptie in de Turkse bouwsector teisterde, en dat de toenmalige regering niet wilde onderzoeken vanwege de duizenden relaties die bouwmagnaten aan de staat bonden. Ondertussen droegen de onbekwame reddings- en hulpacties indirect bij tot een politieke crisis die eindigde met de val van de DSP-regering van Bülent Ecevit in 2002.
Na deze vermijdbare tragedie werden hervormingen beloofd en nieuwe voorschriften ingevoerd om gebouwen tegen aardbevingen te beschermen. Deze maatregelen werden echter opnieuw ondermijnd, niet alleen door corruptie, maar ook door bewust overheidsbeleid.
Volgens een artikel in de Toronto Star werden in 2018 door het regime van Erdogan amnestiewetten uitgevaardigd waarbij vergunningen werden verleend aan gebouwen die zich mogelijk niet aan de bouwvoorschriften hielden - in ruil voor een vergoeding aan de regering. 13 miljoen bouwwerken werden gelegaliseerd onder dit officieel gesanctioneerde systeem van omkoping. Zoals professor Pelin Pinar Giritlioğlu, voorzitter van de afdeling Istanbul van de Unie van Kamers van Turkse Ingenieurs en Architecten, uitlegt:
"Met de door de centrale regering uitgevaardigde wetten werd een systeem van willekeurige vergunningen voor bouwbedrijven gecreëerd dat de oorspronkelijke urbanisatiedoelen verstoorde. De bouw van structuren was op papier legaal, maar bevatte gebreken die rampen voedden."
Dit proces versnelde enorm na de militaire couppoging van 2016 tegen Erdogan, waarna een enorm aantal staatsgebouwen en openbare gronden werd geprivatiseerd, en veel ervan aan het leger werd gegeven, mogelijk om hun loyaliteit tegen de coupplegers te kopen.
"De beleidswijziging leidde tot een ongereguleerd, ondoorzichtig systeem," zegt Giritlioğlu. "De bouwbedrijven konden ook hun gang gaan en hielden zich niet aan de regelgeving."
Het gevolg is dat gebouwen die stand hadden moeten houden, en waren goedgekeurd door staatsambtenaren, die zelf ook verbonden zijn aan allerlei bouwbedrijven, instorten.
"Het zuidoosten lijdt nu grote schade, waaronder openbare gebouwen zoals ziekenhuizen, politiebureaus, scholen, gemeentelijke gebouwen, bruggen en luchthavens, die allemaal na 2007 zijn gebouwd," voegt Giritlioğlu eraan toe. "En deze plaatsen zouden het veiligst moeten zijn in geval van een ramp, de plaatsen waar de slachtoffers van de aardbeving worden opgevangen."
Erdogan en de bouwfraude
De bloedige handen van Erdogan zijn overal in dit schandaal. Al tijdens zijn ambtstermijn als burgemeester van Istanbul en vooral als premier heeft hij nauwe banden ontwikkeld met de Turkse bouwsector. Deze sector was een belangrijke drijvende kracht achter de enorme economische groei in de jaren 2000 en 2010, waarop Erdgoan en de AKP veel van hun gezag hebben gebouwd.
Toki, de Turkse dienst voor volkshuisvesting, viel als premier rechtstreeks onder Erdogan, en breidde onder zijn bewind enorm uit. Een corruptieonderzoek uit 2014 beweerde dat de regering bouwvergunningen versnelde.
"De manier waarop het systeem werkt is dat als de gemeente Istanbul zegt dat je ergens niet mag bouwen, Ankara het wel kan toelaten- dus het is veel logischer als je als bedrijf naar de centrale overheid gaat," zei Refet Gurkaynak, een econoom aan de Bilkent Universiteit in Ankara.
De Financial Times citeerde destijds twee (anonieme) vooraanstaande Turkse zakenlieden, die zeiden dat steekpenningen "soms noodzakelijk" waren om grote bouwprojecten door te zetten. In naar de Turkse pers gelekte transcripties van telefoongesprekken wordt Erdogan door bouwmagnaat Ali Agaoglu, die tot de arrestanten behoord, "grote baas" genoemd.
Al met al is het volstrekt duidelijk dat Erdogan en zijn trawanten de parasieten in de bouw hebben aangemoedigd om het volk leeg te zuigen door hen jarenlang lucratieve contracten voor te schotelen. Als president nam hij wetten aan die hen toestonden veiligheidsvoorschriften te omzeilen, zodat hij politiek kon profiteren van de daaropvolgende economische groei.
Gebouwen die volgens officiële aanbevelingen zijn gebouwd, zouden redelijk bestand moeten zijn tegen instorting, zelfs bij zeer krachtige aardbevingen. De prijs van Erdogan en de AKP's slinkse deals met woekerende bouwmoguls kunnen nu worden geteld in de duizenden lijken, begraven onder bergen beton.
Hypocrisie
Vandaag heeft Erdogan de noodtoestand voor drie maanden uitgeroepen in de getroffen gebieden. Hierdoor krijgt zijn regering buitengewone bevoegdheden, onmiddellijk na de invoering van een reeks wetten die de belangrijkste oppositiepartij, de HDP, in de aanloop naar de algemene verkiezingen in mei effectief willen verbieden.
De president manoeuvreert al maanden om de steun voor de AKP te versterken, te midden van een brutale crisis van de kosten van levensonderhoud, met onder meer de aankondiging van een nieuwe reeks overheidsuitgaven (in een land waar de officiële inflatie meer dan 64% bedraagt), repressie tegen politieke tegenstanders en het aanwakkeren van chauvinistische haat tegen de Koerdische minderheid in Turkije en de Syrische vluchtelingen die in Turkije wonen.
Hij bevindt zich al in een kwetsbare positie, en dat weet hij. Hij hoopt misschien dat een snelle, vastberaden reactie kan worden gebruikt om een politiek gunstige stemming van "nationale eenheid" te creëren, die hem zal helpen zijn positie veilig te stellen. Hij is ook cynisch genoeg om te overwegen zijn nieuwe noodbevoegdheden te gebruiken om zijn politieke vijanden verder te verpletteren.
Maar dit zou een gevaarlijke zet zijn. Het volk was al ten einde raad. Als er enige aanwijzing is dat Erdogan deze tragedie uitbuit voor politiek gewin, of als hij of zijn partij enige persoonlijke verantwoordelijkheid draagt, kan deze ramp ingrijpende politieke gevolgen hebben.
De imperialistische landen hebben een bijzonder walgelijke vertoning van krokodillentranen gehouden, vooral over Syrië: een land dat weerloos is achtergelaten tegen deze aardbeving na jaren van helse oorlog en sancties door toedoen van diezelfde imperialisten.
Terwijl reddingsteams uit veel westerse landen onmiddellijk naar Turkije trokken, is het een heel ander verhaal in Syrië, waar de voortdurende gevechten en vijandelijkheden met het Assad-regime betekenen dat westerse landen weigeren in zee te gaan met de officiële regering.
De gruwelijke gevolgen van deze volledig te voorkomen ramp zijn het zoveelste bewijs van de waanzin en wreedheid van het kapitalisme, waarin gewone mensen letterlijk en figuurlijk worden verpletterd door hun reactionaire machthebbers, en de schaamteloze woekerwinsten van burgerlijke bloedzuigers.
Terwijl de ene nachtmerrie op de andere wordt gestapeld, is het slechts een kwestie van tijd voordat het volk zijn lot in eigen handen neemt. De enige uitweg is de onteigening van de monopolisten die essentiële infrastructuur behandelen als melkkoe, de omverwerping van de politici die hun misdaden faciliteren, en de opbouw van een socialistische samenleving geschikt voor de mensheid.